Historisch overzicht Gilde van Sint Antonius Abt Lierop
Het gilde draagt de naam: Gilde van Sint Antonius Abt, is gevestigd te Lierop in de gemeente Someren.
Als gilde stelt zij zich ten doel de verbonden familietradities in ere te houden en deze in aanzien te doen toenemen, de gildengeest en de gildentradities in hun volle omvang en het gildenwezen in de breedste zin te veredelen, te ontwikkelen en tot bloei te brengen, rekening houdend met eigentijdse omstandigheden en daardoor "in overeenstemming met de bedoelingen van de oprichters van het Gilde van Sint Antonius Abt" in het belang van het Gilde van Sint Antonius Abt werkzaam te zijn onder handhaving en met behoud van het karakter, hetwelk zij vanaf haar oorsprong heeft gehad.
Dit doel tracht het gilde te bereiken door:
a) het oefenen van schieten in de ruimste zin,
b) het oefenen van het vendelen,
c) het oefenen van trommen,
d) de onderlinge band tussen de haar leden en de leden van andere gilden te bevorderen. Speciaal met het zustergilde Onze Lieve Vrouw van de Zeven Weeën in Lierop en de gilden Sint Joris en Sint Lambertus in de gemeente Someren.
e) het leggen van contacten en het samenwerken met geestelijke- en wereldlijke overheid en met organen van deze overheden,
a) het houden van vergaderingen, tentoonstellingen, excursies, wedstrijden en andere bijeenkomsten, alsmede het deelnemen aan gildendagen, gildenfeesten en het stimuleren van deze bijeenkomsten.
1500 / 1550 Ontstaan van de gildenbroederschap van heijligen abt sijnte Anthonis, verbonden aan de kerk van Lierop toegewijd aan de H. Willibrordus, doch stond onder aanroeping van den Zoete Naam Jezus, waarom men ook wel eens van de Sint Salvatorkerk sprak. In die tijd, 1553, werden als altaren genoemd: 1 altare Sint Leonardi, 2 altare Mariae, 3 altare Mariae ibidem Anthonii Luciae et Barbara. Vermelding verdient behalve de Lieropse kerk een kapel op het gehucht Hersel toegwijd aan de H. Nicolaus, 1558, met twee altaren toegewijd aan Marae et Anthonii. Men noemde haar ook wel de de Sint Antoniuskapel. (Archief bisdom Den Bosch). Bij deze twee altaren behoorde een broederschap een van Onze Lieve Vrouw en van Sint Antonius Abt.
1564 Een foto van het originele artikel van 1564 en de transcriptie hiervan.
1ste is de originele,
2de aangevuld met de uitgewerkte afkortingen
3de vertaald naar het huidige Nederlands.
Transcriptie van de akte uit Rechterlijk Archief Lierop 6, folio 82r:
Jan Ceelen ende Wyllem die Coster, als kerckmeesteren tot Lierop, ende Jan Huijben ende Peter Art Thoniss., als dekenen der gulden van den heijligen abt sijnte Anthonis in der kercken van Lierop hebben opgedragen ende overgegeven Jannen van Aelst, alsulcken malder roggen als die bruederscap van sijnte Antoenis heffende was wten erffen Henrick Cornelis, welcke hij in cope vercregen heeft tegen de erffgen. Henricx voers. ende hebben daer op helmelinge vertegen tot behoeff des coopers voers. ut in meliori forma.
Noch heefft dese Jan, coeper voers., gestaen voer ons scepenen van Lierop ende heefft geconsenteert ende gewyllecort dat sij desen malder roggen altijt sullen mogen quijten ende lossen met sessentweijntich karolij gl., den gl. XX st. gerekent.
Transcriptie met oplossing van de gebruikte afkortingen van de akte uit Rechterlijk Archief Lierop 6, folio 82r:
Jan Ceelen ende Wyllem die Coster, als kerckmeesteren tot Lierop, ende Jan Huijben ende Peter Art Thonissoen, als dekenen der gulden van den heijligen abt sijnte Anthonis in der kercken van Lierop hebben opgedragen ende overgegeven Jannen van Aelst, alsulcken malder roggen als die bruederscap van sijnte Antoenis heffende was wten erffen Henrick Cornelis, welcke hij in cope vercregen heeft tegen de erffgenaemen Henricx voerscreven ende hebben daer op helmelinge vertegen tot behoeff des coopers voerscreven ut in meliori forma.
Noch heefft dese Jan, coeper voerscreven, gestaen voer ons scepenen van Lierop ende heefft geconsenteert ende gewyllecort dat sij desen malder roggen altijt sullen mogen quijten ende lossen met sessentweijntich karolij gulden, den gulden XX stuijvers gerekent.
Vertaling in huidig Nederlands van de akte uit Rechterlijk Archief Lierop 6, folio 82r:
Jan Ceelen en Willem de Coster, als kerkmeesters van Lierop, en Jan Huijben en Peter Art Thoniszoon, als dekens van het gilde van de heilige Sint Antonius Abt in de kerk van Lierop, hebben overgegeven aan Jan van Aelst: de inkomsten van een malder rogge, welke door de broederschap van Sint Anthonis werden geheven uit gronden van Henrick Cornelis. Deze inkomsten waren in koop verkregen van de erfgenamen van Henrick Cornelis.
Zij doen op de vereiste manier afstand van deze inkomsten ten behoeve van de koper Jan van Aelst.
Voor de schepenen van Lierop heeft de koper Jan van Aelst er mee heeft ingestemd dat de verkopers de inkomsten van deze malder rogge altijd weer terug kunnen krijgen als zij hem 26 karolus gulden betalen, waarvan elke gulden 20 stuivers telt.
De akte staat tussen een akte die gedateerd is op 09-09-1564 en een akte van 20-11-1564.
Met vriendelijke groeten.
Egbert Wijnen Archivaris Streekarchief Peelland Deurne.
1620 “Oudste attribuut de zilveren koningsvogel”
Een zeer bijzonder attribuut dat in de optochten wordt meegedragen: de koningsvogel met aan de achterzijde het opschrift “LYROP 1620”.
1632 “Oudste koningschild”
Tekst: koning Merthen Goordts, tekening: standaard met wasmand.
Uit de 17de eeuw bezit het gilde nog schilden uit 1643, 1644, 1668.
1743 “Oudste reglement”
Conditie van inschrijven en reglement van de Gilde van St. Antonius Abt te Lierop vastgesteld door keizer Fr. Jan Jansen, koning Willem Fransen van den Eijnden, Dekens Jan Martin Kerkhof en Goort van de Vorst en verdere Gildebroeders. Den vierde juij zeventienhondert drieen veertig Het reglemnt bestaat uit 25 artikelen en zijn in 1878 overgeschreven door A. van de Waarzenburg Dekenschrijver.
1750 “Oudste ledenboek”
Dit oudste ledenboek geeft alle leden aan van 1750 tot 1910. In mei 1991 gerestaureerd (Tiendschuur Tilburg).
Huidige ledenboek 1900 tot heden
1795 “ Boek met schuldbekentenissen”
In dit boek staan de geldleningen in, vanaf 1795 tot en met1899, die door het gilde aan haar leden tegen een zeer laag interest verstrekte.
Uit de 18de eeuw bezit het gilde nog schilden uit 1773, 1785, 1788, 1795.
1800 “Oudste Rekenboek”
Het oudste rekenboek waar vanaf 1800 tot en met 1858 alle financiële activiteiten zijn opgeschreven.De inkomsten kwamen onder andere van pachten, het uitlenen van rouwmantels en doodskleden. Gerestaureerd in 1991 (Tiendschuur Tilburg). Verder zijn er nog rekenboeken 1859 tot en met 1897 en 1898 tot en met 1947. Beide zijn in 1991 gerestaureerd (Tiendschuur Tilburg). Het huidige rekenboek is vanaf 1948 in gebruik. Door brand en oorlog, waardoor vele bezittingen zijn verloren gegaan is over de geschiedenis 18de en 19de eeuw niet veel te vertellen. Wel werd bij regelmaat om de koningstitel geschoten gezien het aantal van 28 koningsschilden in de 19de eeuw
1895 “Inzegening nieuwe Kerk”
1927 “Brand”
In 1927 brak er brand uit in café Van Oosterhout, het toenmalige gildenhuis. Daar gingen een oud vaandel, een hoge trom, de stokken van de dekenen en enkel sjerpen verloren.
1933 “Een beetje geschiedenis van het Gilde van Sint Antonius Abt”
Het navolgende overzicht der nog bestaande Noordbrabantsche schuttersgilden en schutterijen is niets dan eene bijdrage tot hare geschiedenis. Zo begint historicus en schrijver van de twee boeken "DE SCHUTTERSGILDEN EN SCHUTTERIJEN VAN NOORDBRABANT OVERZICHT VAN HETGEEN NOG BESTAAT" J.A. Jolles over zijn onderzoek naar de bestaande gilden. Zijn onderzoek gedaan in de jaren 1933 en 1934 gedaan, in opdracht van het Provinciaal Genootschap van kunsten en wetenschappen in Noordbrabant, geven een gedetailleerd overzicht hoe de gilden erbij stonden in de eerste jaren na de grote crisis van de jaren twintig. De toestand van de gilden die de schrijver historicus aantrof was niet florissant te noemen. In het gildenwezen gaat men er wel vanuit dat hij met deze publicaties velen heeft wakker gemaakt en hierdoor de gilden tot bloei zijn gekomen zoals ze nu zijn.
St. Antoniusgilde Lierop
Geschiedenis. Het jaar van de oprichting is niet bekend, vóór 1620 (vogel) Een der dekens zou, 'n 40 jaar geleden, (eind negentiende eeuw) "omdat hij er toch niets van lezen kon" een of meerdere oude boeken in de kachel hebben gegooid.
Nu toont men nog: De copie van een reglement, vastgesteld 4 juni 1743. Een familiegilde. Lid kan worden wie gildebroederskind, of met eene gildebroedersdochter getrouwd is.
Betaalt in eerste geval 30 of 60 ct. inschrijfgeld, al naar hij in of buiten de gemeente geboren werd, in het tweede geval 60 ct. en f 1.20 indien ook zijn vader, of hij en zijne vrouw, de gildebroedersdoch-ter, buiten Lierop geboren zijn. Schiet een die, nog geen lid, recht op inschrijving heeft den vogel af, dan is hij gildenbroeder zonder kosten (Art. 7). Een deken die zich koning schiet, treedt af (Art. 10).
Een boek m perkamenten rug, waarin vele schuldbekentenis-sen, met de rente. Niet alle nieuw geld, af en toe "wederom uytgeset". een "somme van fijftigh gulden", interest f 1--15-- (1794-1815, en dan wederom uitgezet). Id. f 62,50, intr. f 2--10--0; in 1829 nog betaald, dan 30 jaren niet "of in de rekening niet verantwoort"; in 1861 weer wel. Id. f 62.50 (1795-1810).
Id. f 50,-- (1795-1844). Id. f 100,-- (1834-1844). id. f 150,--, intr. f 6,--, van 1845 af; later vermeerderd met f 62,50 vrijgekomen geld, ren-te nu f 8,50, tot 1859; wederom vermeerderd met f 12,50 tot f 225,--, tot 1865. Met eenige andere renten. Op het ogenblik (1934) trekt men nog f 70,-- van uitgezet geld, en f 10,-- jaarlijks van de jachtverpachting (door alle boeren tezamen). In het yaer 1795 is dit boek vernuit om dat het oude boek versleeten en vol geschreeven was..." (Voor gildebesturen óók eene goede geleegenheid, om 't oude boek op te ruimen). ----------- Een rekenboek in perkament, van 1800 af. "Aan den pastoor 6--2--0 ... aan de zangers 0--12--0 ... aan A. v. W. voor de geregtigheid van de schuttery 9--0--0," Dit laatste voor den kastelein, die gedurende de drie kermisdagen (Maand,--Woensd, ná den laatste Zondag van September) 2 dekens, koning, vaandrig en tamboer in de kost had.
Tegenwoordig hij alleen het middag-maal. "Van het bewaren der(begrafenis-)mantels 1--10-- 0," In 1831 brengen 11 pachten tezamen f 46,80 op. 1837 "voor den jenever en pijlen met het vogelschieten f 1,45." Er werd dus, in dit gewerengild, ook met den boog geschoten? "Voor het maken van de nieuwe mantels en het doodskleed f 3,05." 1841: "voor kruyt en loot f 1,-- ... 4 tonnen bier f 32,--." Tot 1858. -- Een contract betreff, verpachting van het gild, op 't gebruik van de rouwmantels en het baarkleed. Vreemden betalen 20 ct., en 5 ct. p. mantel. --
Een slap fol. boek met ledenlijst van vóor 1753 tot 1837, opvolgende lijst tot 1904, en derde lijst van 1904 af. Een id. boek met de rekening sinds 11859.
Vogelschieten op kermismaandag, eenmaal in de twee jaren; 't andere jaar niet schieten, maar 't O. L. Vr.-gilde begeleiden. Op de 3 kermisdagen krijgt iedere gildebroeder p. dag 4 potten bier. Vroeger werd dan, door in een hoek van de gelagkamer zich verschuilende vreemden, veel bier "gejat"; de tamboer, die trouwens slechts gehuurd, niet eens lid was, ging met een "emmer met tuit" rond en schonk in. Hij lette niet bijzonder op, de dekens moesten des te scherper toekijken. Men beweerde ook, dat het inschenken van vreemden niet verboden was; zoodra ze echter drinken gingen, werden ze beboet. -- De vrouwen zijn er niet meer bij, dus ook geene koningin.
Het zilver, enz. Dit bestaat uit: 50 koninsplaten, gedateerd 1632, 1643, 1644, 1668, 1773, 1785, 1788, 1795, 1805, (mk. 5-hoek en VH), enz. Afbeeldingen van: patroon, vele ploegers, schaapherder, schapenschaar, stoel, collecterend kerkmeester en 2 man in de kerkbank, enz.
Een grooten halfplatten holle vogel, m. vergulden lossen halsband; achterop "LYROP . 1620". -- Een vaandel, hooge trom en stokken zijn eenige jaren geleden verbrand. Vrij nieuw vaan (1902) m patroon. Sjerpen.
Tegenwoordige toestand. Het gilde is als eene groote boerenfamilie. Aangezien bijna allen van boeren afkomst is bestaat de kans op betreurenswaardigen achteruitgang niet zoozeer.
1900 “ De eeuw van de opbloei der gilden”
Door de industriële revolutie kwam er meer welvaart en door die welvaart meer interesse voor geschiedenis. Van deze interesse profiteerden de gilden die tot dan vaak een marginaal bestaan leden. Langzaam maar zeker kwam de opbloei van de gilden tot stand. Deze opbloei versnelde zich door het oprichten van de Bond van Schuttersgilden Kring Peelland te Gemert in 1935. Deze oprichting is van wezenlijk belang geweest voor het behoud van de gilden die, met hun oude historie en waardevolle eeuwenoude Brabantse tradities, weer meer tot zijn recht kwamen vooral in de plaatselijke gemeenschappen.
1937 “Aansluiting bij de Peellandse gilden”
In 1937 sloot het gilde zich aan bij de Bond van Schuttersgilden Kring Peelland.
1940-1945 “Tweede Wereldoorlog”
Door de bezetter werden alle activiteiten wat het gilde betreft verboden. Na deze verplichte rustperiode werden activiteiten in 1945 langzaam weer opgepakt. De konigsboom, die tijdens de oorlog verstop was in de schuur van wed. Van den Hurk, het huidige gildenhuis, geplaatst op de hoek Van Dongenstraat en Laan ten Boomen. In 1960 verplaatst naar het huidige schietterrein de Roovere.
1946 “ Koningschieten”
Driek van de Ven werd de eerste koning na de oorlog
1946 “Beschermheer”
Notaris H.A.C. van Keulen uit Helmond de eerste beschermheer van het gilde in 1959 opgevolgd door notaris W.J.M. Keulen en deze weer in 1978 door notaris A.L. Verhoeven en deze in 2006 weer door H.J.M.G. Brants allen uit Helmond.
1947 “Gildefeest”
In 1947 werd voor de eerste keer de Kringdag na de Tweede Wereldoorlog georganiseerd. met een vervolg in 1974, 1990 en 2005.
1947 “Op bezoek bij Hare Majesteit Koningin Wilhelmina”
Op 05 mei brachten de vendeliers Sjaak van Horik en Driek van de Ven (Gzn), met de overige Peellandse vendeliers, een bezoek aan Hare Majesteit de Koningin tijdens haar eerste bezoek aan Amsterdam.
1948 Verhuisd van café Wed. Van den Hurk naar café Willie Manders.
1948 “50-jarig regeringsjubileum Koningin Wilhelmina”
Het gilde was op bezoek in Amsterdam ter gelegenheid van het gouden regeringsjubileum van Hare Majesteit Koningin Wilhelmina en haar troonafstand ter gunste van koningin Juliana.
1949 “Brand”
In 1949 brandde de boerderij van dekenschrijver Mathijs van den Eijnden af. De hele inboedel ging in vlammen op. Ook de kist, waarin zaten boek met de aantekeningen van de verpachtingen, een reglement voor het gebruik van rouwmantels, doodskleden, baarkleed en schriften waaronder onder meer een rekenboek en ledenlijst.
1951 “Vrouwen”
Het jaar waar voor de eerste keer vrouwen aan de teeravond deelnamen.
1953 “In uniform”
In dit jaar werd het gilde in nieuwe uniformen gestoken. Tot die tijd liep iedereen in zijn “goei pak” met een groene sjerp. Uit zuinigheidsoverwegingen waren deze uniformen van een dusdanige kwaliteit dat ze al na een tiental jaren waren versleten.
In 1966 werden ze vervangen, in gezegend door pastoor Van Dal, en deze in 1990 weer door de huidige uniformen aan. Ontworpen door gildenzuster Annie van den Eikhof - van den Bogaard en ingezegend door pastoor Keunen.
In 2000 werd eveneens door Annie van den Eikhof - van den Bogaard de huidige damesuniformen ontworpen en ingezegend door pastoor Zwirs.
1955 “Gildenfeest”
Samen met zustergilde Onze Lieve Vrouw van de Zeven Weeën een Kringgildefeest gehouden. Hoewel het een geslaagd gildefeest zowel deelname, (alle gilden uit Kring Peelland waren aanwezig) als het aantal toeschouwers was er een financieel tekort.
1955 “Mariakapel”
Samen met zustergilde Onze Lieve Vrouw van de Zeven Weeën in 1955 aan de Herselseweg een Mariakapel gebouwd. Dit uit dankbaarheid dat Lierop relatief weinig van de Tweede Wereldoorlog had gelden en dat alle jongens, die in Indonesië hadden vervuld, behouden waren teruggekeerd. Ingezegend doorpastoor Van Dal. Deze kapel werd in 1980 overgedragen aan de parochie Lierop. De gilden blijven wel voor het onderhoud zorgen.
In 1992 de kapel gerestaureerd, een nieuw Mariabeeld geplaatst. Ingezegend door pastoor Keunen.
1962 “Schietterrein De Roovere”
Samen met het zustergilde Onze Lieve Vrouw van de Zeven Weeën in 1962 het huidige schietterrein De Roovere aan de Herselseweg aangelegd en ingezegend door pastoor van Dal.
In 1982 werd dit terrein uitgebreid met een schuilgelegenheid en bij deze gelegenheid kreeg het de naam “De Roovere”. Ingezegend door pastoor Keunen. In 1994 werd de schuilgelegenheid geheel vernieuwd en in 1997 het gehele terrein gerenoveerd en de schietbomen voorzien van kogelvangers. Ingezegend door pastoor Sanders. In 2000 werd de schietaccommodatie uitgebreid met schietbomen voor de kruisboog.
1971 Nieuw gildenvaandel. Ingezegend door (ere)gildelid pastoor van der Velden.
1974 “Kringdag Peelland 1974 Lierop”
Kringdag Peelland 1974 Lierop gereorganiseerd
1975 “Nationale dodenherdenking”
Het heeft dit jaar deelgenomen aan de Nationale dodenherdenking te Loenen.
1977 “vrouwen op de jaarvergadering”
Voor de eerste keer waren vrouwen aanwezig op de jaarvergadering.
1986 “Eerste koningin”
Annie van den Eikhof-van den Bogaard eerste koningin in de Gilde van Sint Antonius Abt historie.
1988 “Bedevaarten”
Gildenbroeders met echtgenote waren namens het gilde aanwezig bij de Lourdesbedevaart 1988, in 1990 bij de afsluiting van het Sint Willibrordusjaar in Rome en in 2000 waren weer gildeleden vertegenwoordigd in Rome voor het bijwonen van de Nederlandse Dag ter gelegenheid van de afsluiting Jubeljaar 2000.
1989 “80-jarige jubilaris”
Godefridus van de Ven gehuldigd in verband met zijn 80-jarig gildenlidmaatschap.
1990 “Nieuwe uniformen”
Ingezegend door pastoor Keunen 02 juli.
1990 “Kringdag Peelland 1990 Lierop”
In het kader 370 jaar Gilde van Sint Antonius Abt Lierop Kringdag Peelland 1990 Lierop gereorganiseerd
1990 “Hoofdliedendag”
Hoofdliedendag (jaarvergadering van de gilden aangesloten bij de NBFS) in 'sHertogenbosch georganiseerd. De Eucharistieviering in de Sint Janskathedraal werd samengesteld door Annie van den Eikhof – van den Bogaard.
1991 “Tentoonstelling”
Met overige Groot-Somerense gilden, Sint Joris Someren-Dorp, Sint Lambertus SomerenEind en Gilde Onze Lieve Vrouw van de Zeven Weeën een tentoonstelling gehouden in het gemeentehuis in Someren.
1991 “Sint Antonius Abtkapel”
Sint Antonius Abt kapel gebouwd, overgedragen 17 januari 1992 aan de Lieropse parochie.
Ingezegend door pastoor Keunen. Deze kapel is gebouwd en overgedragen aan de Lieropse parochie uit dankbaarheid voor de steun die het gilde mocht ontvangen bij de aankoop van nieuwe uniformen en de organisatie van de Kringdag Peelland 1990.
1992 Erelidmaatschap "Ere-broeder in Groen" ingesteld. Eerste Ere-broeders Frits Aarts (Johannes van de Ven Gzn) en Harrie Verberne (Czn).
1993 Verhuisd van café de Babbelaar naar café 't Jagershuis.
1994 Erelidmaatschap "Ere-broeder in Groen" voor Harrie Verberne (Gzn)
1995 “Verbroederingsfeest”
Verbroederingsfeest georganiseerd door de beide Lieropse Gilden en het parochiebestuur dit ter gelegenheid van 100 jaar Koepelkerk.
1997 Nieuw standaardvaandel. Ingezegend door pater Cees van Dalen 18 januari.
1997 Erelidmaatschap "Ere-broeder in Groen" voor Mies Sijbers (Marinus van Horik)
2000 “Volwaardig lidmaatschap voor vrouwen”
In 2000 schreef het gilde historie. Tijdens de algemene ledenvergadering kwam de goedkeuring van de leden dat vrouwen volwaardig lid mochten worden van het Gilde van Sint Antonius Abt. Elf vrouwen gaven zich op als lid. Waarvan Lia Verberne geregistreerd werd als eerste vrouwelijk lid en Hieronder het aangepaste artikel 7 uit de statutenwijziging, drie en twintig februari Tweeduizend, in verband met het voornoemd lidmaatschap vrouwen.
Artikel 7
1 Om gewoon lid te kunnen worden zal men voldoen aan de navolgende vereisten:
A uit hoofde van familie “van den bloede zijn”, dat wil zeggen gildenlids kind zijn of met een gildenlids kind getrouwd zijn danwel gildenlids kind geregistreerd partner te zijn;
a zestien jaar of ouder zijn;
b van onbesproken gedrag zijn.
2 Iemand die gewoon lid van het gilde wenst te worden moet zich daartoe schriftelijk aanmelden bij de overheid.
Voldoet hij aan de in dit artikel gestelde vereisten dan moet de overheid hem als lid inschrijven.
3 Iemand die gewoon lid wenst te worden moet hiervoor inschrijfgeld betalen. Dit inschrijfgeld wordt door de overheid vastgesteld en kan door de overheid te allen tijde worden verhoogd.
2000 Eerste gebedsdienst, zover we weten, (wegens gebrek van een priester voor een Eucharistieviering) in de Gilde van Sint Antonius Abt historie.
Voorganger Annie van den Eikhof - van den Bogaard (Godefridus van den Bogaard Hzn).
2000 “Koningschieten”
Petra van Bree-Sijbers raakt als eerste vrouw de vogel tijdens het koningschieten
2000 NBFS toernooi Standaardrijden toernooiveld georganiseerd.
2001 “(Mini)gildefeest” georganiseerd door de beide gilden en basisschool ‘t Rendal dit ter gelegenheid van de afsluiting van een week gildeonderwijs op de basisschool in Lierop.
2002 An van de Ven - Hurkmans eerste vrouwelijk lid dat met gildeeer is begraven in de Gilde van Sint Antonius Abt historie
2002 Pastoor Jan Zwirs eerste gildepastor van de beide Lieropse gilden..
2002 Notaris Verhoeven 25 jaar beschermheer.
2004 Nieuwe dameskostuums.
Ingezegend door pastoor Jan Zwirs 17 januari.
2004 NBFS toernooi kruisboog op wip georganiseerd in samenwerking met het Gilde Onze Lieve Vrouw van de Zeven Weeën.
2005 Nieuw gildenvaandel.
Ingezegend door gildepastor Jan Zwirs.
2005 “Kringdag Peelland Lierop 2005”
In het kader van Lierop 850 jaar de Kringdag Peelland 2005 Lierop gereorganiseerd.
2005 “Herdenking”
Herdenking door de beide Lieropse gilden samen met de levende Oud-Indiëgangers dat vijftig jaar geleden door beide gilden gebouwde Mariakapel op Hersel, door pastoor Van Dal, werd ingezegend. 2006 na 27 jaar afscheid genomen van beschermheer oud-notaris Allard Verhoeven en Hub Brants als zijn opvolger geïnstalleerd.
2007 Erelidmaatschap "Ere-broeder in Groen" voor Huub van den Eikhof (Godefridus van den Bogaard.
Beetje info:
BESTAANSRECHT
Een gilde heeft alleen bestaansrecht, niet als ze meedoet met een mooi uniform op de gildefeesten, maar als ze geworteld is in de plaatselijke gemeenschap. Dat is de kern van het gebeuren.
PATROONHEILIGE
Wat is een patroonheilige? Wat is een heilige? Om dat te beantwoorden is het noodzakelijk in het kort te schetsen wat het begrip "heilige" nu eigenlijk inhoudt. Om deze vraag te kunnen beantwoorden kunnen we gebruik maken van een anekdote zoals die staat beschreven in een Duits boekje (Rudolf Zinnholer: Die Lorcher Heiligen: Ried im...).
"Op een zekere dag liep een kleine jongen met zijn vader een kerk binnen. De ochtendzon scheen die dag en het licht daarvan viel door de glas-in-loodramen, waarop een aantal heiligen afgebeeld waren. De jongen stelde zijn vader de vraag: "Papa, is een heilige een mens, door wie de zon schijnt, door wie het zonlicht op ons valt?"
Een vraag, die eigenlijk al het antwoord bevat. Immers, dat is een heilige: een mens, door wie het licht van God op ons valt. Eigenlijk is een heilige een transparante, een dia, waardoor we de Godheid kunnen aanschouwen"
Onze patroonheilige Sint Antonius Abt werd in het jaar 251 in Keman in Egypte geboren. Hij was een kind van welgestelde ouders en christelijk opgevoed. Gaf als 20-jarige wees zijn hele bezit weg en ging naar de woestijn en leefde daar in afzondering. In alle eenzaamheid vocht hij tientallen jaren met de bekoringen, maar door zijn reine geest overwon hij alle satanische demonen. Verzamelde andere verspreid levende kluizenaars in communiteiten en werd daardoor de stichter van het oude kloosterleven.
Tijdens de christenvervolging van 308 door keizer Maximianus trok hij naar Alexandrië om veroordeelde christenen bij te staan.
Terug in de woestijn woonde hij in een spelonk nabij een bron en leefde daar in volmaakte ascese. De "vader der monniken" stierf 105 jaren oud. De faam van de "ster der woestijn" verspreidde zich al tijdens zijn leven.
Dat Sint Antonius Abt in de latere middeleeuwen de populairste West-Europese heilige werd, is vooral te danken aan de Antonianen of Hospitaalbroeders (1095-1775). Zij verzorgden o.a. pelgrims, maar vooral lijders aan Antoniusvuur, de pest en andere besmettelijke ziekten.
Sint Antonius Abt wordt afgebeeld als een bruine kluizenaar of monnik, met muts of kap, de T-staf in de hand en / of met een blauwe T, met vuur en vlammen, met losse ledematen.
Dikwijls ook met een kapel of spelonk op de achtergrond, met duivels en met verleidelijke, naakte, schoonborstige bekoringen. En natuurlijk met een varken dat dikwijls een bel draagt.
Sint Antonius Abt is patroon van ziekenzorgers, zieken- en gasthuizen, van boeren, van veel parochies en gilden. Door het varken is hij de beschutter van het huisvee. Hij wordt aangeroepen tegen brand, tegen Antoniusvuur en tegen pesten andere besmettelijke ziekten.
Tal van volksgebruiken uit de Antoniusverering. “Sint Tunnis (17 januari) brengt ijs of dooi””, zegt men, wat natuurlijk waar is. “Sint Antonius schoon en helder, vult het vat en ook de kelder”. Dus als het 17 januari een mooie en heldere dag is , belooft dat een rijke oogst.
Sint Antonius Abt is vooral onder de boeren vereerd met kapellen in afgelegen buurtschappen, vooral tijdens pestepidemieën. Antoniusgilden waren zeer zeker aanvankelijk kerkelijke broederschappen, die door offer en gebed probeerden rampen te weren en werken van barmhartigheid deden: armenzorg, ziekenverpleging, doden begraven. Aan de gildenkapellen lag vaak een kerkhof voor pestlijders en mogelijk hebben de pestlijders uit de dorpen zich rond deze kapellen geconcentreerd.
Huub H.F. van den Eikhof